In Matisklo zoekt Bosse Provoost met vijf andere theatermakers naar de limieten van het uitspreekbare en afbeeldbare aan de hand van gedichten van Paul Celan, kostuums die een mens opslokken en hoopjes bezielde materie.
Op de scène passeren eveneens enkele ambigue en in zichzelf gekeerde ‘figuren’.
Welke spreidsprongen aan betekenis en verbeelding ontstaan er wanneer deze figuren en de gedichten van Celan elkaar ontmoeten?
Celan gaat als overlever van de Holocaust moreel en talig tot het uiterste. Zijn poëzie reikt naar wat zich 'voorbij' de taal bevindt: een wereld lang voor of ver voorbij de mensen, een spreken vanuit het eigen dood-zijn. Ieder woord is als een steen die opgepakt en vanuit meerdere richtingen bekeken kan worden.
DRAADZONNEN
boven de grauwzwarte kaalslag.
Een boom-
hoge gedachte
grijpt de lichtklank: er zijn
nog liederen te zingen, voorbij
de mensen.
(P.Celan, Ademkeer)
Net nu zelfs de president van de Verenigde Staten racisme en antisemitisme weer salonfähig helpt maken, zet een stel jonge Vlaamse makers de taal van een bijna vergeten Holocaust-dichter in een fris en nieuw toneellicht.
"In deze beelden – en zo zijn er nog - gaat Matisklo open, openbaart zich in de hoofden van de toeschouwers een wereld die groter is dan de beelden zelf, en waarin het onuitsprekelijke tastbaar wordt."
Downloads
regie
- Bosse Provoost
concept
- Bosse Provoost
spel
- Joeri Happel
- Benjamin Cools
- Ezra Veldhuis
- Geert Belpaeme
dramaturgie
- Geert Belpaeme
geluidsontwerp
- Benjamin Cools
kostuumontwerp
- Max Pairon
scenografie, lichtontwerp
- Ezra Veldhuis
tekst
- Paul Celan
vertaling
- Ton Naaijkens
productie
- Toneelhuis
- P.U.L.S. - Project for Upcoming Artists for the Large Stage
- Kraagsteen
coproductie
- kunstencentrum Vooruit
- Jonge Harten Theaterfestival
met de steun van
- wp Zimmer
- De Brakke Grond, Amsterdam
- Tax Shelter maatregel v/d Belgische Federale Overheid
- Casa Kafka Pictures Tax Shelter powered by Belfius