In de schaduw van Louis Paul Boon, Richard Minne en andere literatoren schrijft de Gentse journaliste en romanschrijfster Janine de Rop (1927) een bescheiden oeuvre bij elkaar. Vanuit haar persoonlijke betrokkenheid behandelt ze in De rechter en de beul (1970) het probleem van handicap en euthanasie, tegen de achtergrond van de euthanasiemaatregelen in Nazi-Duitsland. Dit boek zou in die schaduw gebleven zijn ware het niet dat Marc Cosyns, praktiserend huisarts en verbonden aan de Universiteit Gent, er niet de aandacht van Guy Cassiers op vestigde. Cosyns heeft inmiddels een waslijst publicaties op zijn naam staan omtrent euthanasie, palliatieve zorg, en de grijze zones in de wet. Cassiers stelde voor aan Cosyns om zelf de rol van Martin Herzlinger te spelen: een man die in een nietsontziende bekentenis terugkijkt op zijn leven.
Toneelhuis en Monty coproduceren De rechter en de beul, een voorstelling die tot stand komt als antwoord op Monty's oproep aan regisseur Guy Cassiers om terug te keren naar de intimiteit van de kleine zaal. Het is Monty’s hoogsteigen invulling van de uitwisseling die Antwerpse Kleppers beoogt. Toneelhuis gaat met graagte op die uitnodiging in.
bewerking
- Marc Cosyns
- Guy Cassiers
dramaturgie
- Erwin Jans
tekst naar
- Janine De Rop
spel
- Marc Cosyns
coproductie
- Monty
- Toneelhuis
met dank aan
- Peter Missotten
productie
- Toneelhuis
- Guy Cassiers
- Monty