Naar aanleiding van de première van de tijger eet de zebra en de vogel vliegt verschrikt weg en zijn nakende afscheid van Toneelhuis sprak De Morgen met Benjamin Verdonck. Enkele quotes uit het interview:
Over Benjamins verzamelwoede:
“Ik herwaardeer dingen en geef ze een nieuwe plek”, zo vat Verdonck zijn verzameldrift samen. “Ik doe dat omdat ik het graag doe, maar door de klimaatcatastrofe ben ik die bezigheid op een andere manier gaan bekijken. Het zorg dragen voor dingen, gecombineerd met het besef dat de mens niet langer het centrum van alles is, vloeit voor een stuk voort uit wat er in de wereld rond mij gebeurt.”
Over de tijger eet de zebra en de vogel vliegt verschrikt weg:
“Nadat ik Waar kunnen we landen? van de Franse socioloog Bruno Latour had gelezen, vielen er voor mij een paar dingen samen. Latour stelt dat wereld vroeger een decor was waartegen de handelingen van mensen zich afspeelden. Maar hoe langer hoe meer komen omstandigheden op de voorgrond die de rol van de mens, de acteur dus, betwisten. Dat vond ik een prachtige metafoor voor mijn werk van de voorbije jaren. Doordat ik mijn kijkkasten zelf bedien, ben ik nog de meester der dingen. Maar wat zou er gebeuren als ik dat loslaat? Ik wilde een voorstelling maken die de dingen laat spreken, maar ik wilde ook dat ze zelf hun verhaal kunnen doen.”
Over het vinden van zijn eigen taal:
“Nadat ik mijn afstudeervoorstelling had gemaakt bij Hollandia ben ik veel op tournee gegaan. Daarna heb ik meegespeeld bij onder andere Ivo van Hove, Arne Sierens, Peter Vermeersch en de Roovers. Maar het was pas toen Geert Opsomer het Nieuwpoorttheater overnam van Arne Sierens en ik daar artist in residence kon worden, dat ik mijn eigen taal vond – nota bene in een voorstelling met mijn vader.”
Over de pandemie:
"Ik heb me nooit zo nuttig gevoeld als in de coronaperiode – wat interessant was, want tussen kunst en nut zit een spanningsveld. Het was een van die zeldzame momenten waarop je als kunstenaar denkt: it all makes sense."
Over de toekomst:
"Ik kijk uit naar nieuwe avonturen. Hoe ik die ga aanpakken, weet ik nog niet. Dat is ook niet mijn eerste bekommernis. Ik ben meer bezig met de vraag wat ik nog allemaal wil doen."